woensdag 29 februari 2012

Wat gebeurde er in Portugal ?


Je bent 25, nog niet zo lang van de academie af en mag dan Gerrit Komrij fotograferen in Portugal. Voor Elegance. Mooi toch ? Samen met een Vlaamse journaliste en wel 5 dagen. Komrij woonde op een flinke afstand van luchthaven Porto, 3 1/2 uur met de taxi door het ruige Portugese landschap. En ik had, onervaren als ik was, alles bij me. Flitsaggregaten, middenformaat, reservecamera, statieven. Alles. Te zwaar, te veel.
We kwamen daar donderdag laat in de middag aan en werden royaal ontvangen door Komrij en z’n vriend Charles. Plus een hele hofhouding van jonge jongens en personeel. Villa met paardenstallen en land, veel land.
Een avond waar de drank rijkelijk vloeide volgde. Geen foto’s. Ik voelde me niet heel erg op m’n gemak. De jongste van het gezelschap. Op een gegeven moment mocht ik in de kelder een fles gaan bijvullen. Charles volgde me. Hand op m’n kont. Of ik van de dames of de heren was. Was mijn antwoord een teleurstelling voor hem ? Of kreeg iedere verse jongeman deze test te verduren ? Ik was al te ver heen om door te hebben wat er eigenlijk gebeurde. Hoe ik die avond in m’n hotel ( net buiten het dorp ) terecht ben gekomen is me nog altijd een raadsel. Dat ik levend opstond de volgende dag ook.
Brak kwam ik bij Villa Komrij aan. Plannen voor foto’s moesten nog even wachten. We gingen eerst lunchen, een eind rijden met de gammele bak van Charles. Ik stond als groentje overal van te kijken. Dus zeker van een lunch die 5 uur duurde. Iedereen was weer zwaar aangeschoten, maar ik had me ingehouden deze keer. Nog steeds geen foto’s. Ach, we hadden toch nog 3 dagen. Maar waarom dring je dan niet iets meer aan ? 
Die onzekerheid was vast in mijn ogen te lezen, want we zouden terugkeren naar het huis voor een sessie. Met die auto. Door de bergen. En met een waggelende Charles aan het stuur.
Na een dodenrit van een uur waren we terug. Foto’s ! Van een Komrij met rode ogen, onvast op zijn benen. En niet langer dan een kwartiertje. Er moest immers gedronken worden. Tijdens dat gelag gebruikte ik een kleinbeeldcamera die ik van Hannes Wallrafen had kunnen lenen. Ik deed immers alles altijd op de Hasselblad. 1600 asa, klik en klaar. Hoopte ik. 
De journaliste wenkte me : ze had ontdekt dat onze koffers waren opgehaald uit het hotel. We moesten de komende dagen in de villa doorbrengen hadden de heren besloten. Hier hadden we totaal geen zin in, ook omdat de sfeer steeds grimmiger werd. Gelukkig hadden we het telefoonnummer van de taxichauffeur. Die stond een uur later volgens afspraak achter het huis. Omdat Komrij en Charles nergens te bekennen waren zagen wij onze kans schoon en gooiden alle bezittingen in de taxi. En stoven de oprijlaan van de villa af. Achterna gezeten door twee hele boze heren. We waren ontsnapt ! 
De resterende drie dagen brachten we door in Porto. Met een knagende onzekerheid of ik wel een goeie foto had........

1 opmerking:

  1. Iedereen die ons wel eens bezocht heeft of ons een beetje kent, meneer Dietz, begrijpt dat dit bericht volkomen bij elkaar gelogen is. Maar goed, u hebt daar ook 22 jaar over kunnen doen. In 1990 was Frances Guwy hier, een Vlaamse journaliste, die maar niet aan de slag kon, want Peter van Ingen en een cameraploeg van de VPRO waren druk in de weer. Het waren leuke dagen. Ik vrees dat u zichzelf enigszins te belangrijk zit te maken. GK

    BeantwoordenVerwijderen